Search term ditch has 17 results
EN English NL Dutch
ditch (v) [love] (informal) aan de kant zetten (v) [love]
ditch (n) [general] (informal) gracht (n) [general] (m/f (Belgium))
ditch (n) [general] (informal) sloot (n) {m} [general]
ditch (n) [general] (informal) greppel (n) {m} [general]
ditch (n) [gutter] (informal) geul (n) {m} [gutter]
EN English NL Dutch
ditch (n) [gutter] (informal) goot (n) {m} [gutter]
ditch (informal) groef {m}
ditch (informal) groeve {m}
ditch (informal) kuil {m}
ditch (v) [love] (informal) dumpen (v) [love]
ditch (v) [plan] (informal) naar de schroothoop verwijzen (v) [plan]
ditch (v) [love] (informal) de bons geven (v) [love] (informal)
ditch (v) [objects] (informal) afdanken (v) [objects]
ditch (v) [objects] (informal) weggooien (v) [objects]
ditch (v) [objects] (informal) wegsmijten (v) [objects]
ditch (v) [objects] (informal) zich ontdoen van (v) [objects]
ditch (v) [plan] (informal) dumpen (v) [plan]