Search term give way has 9 results
EN English NL Dutch
give way (v) [movement] wijken (v) [movement]
give way (v) [movement] uit de weg gaan (v) [movement]
give way (v) [movement] plaats maken (v) [movement]
give way (v) [movement] opzij gaan (v) [movement]
give way (v) [collapse] invallen (v) [collapse]
EN English NL Dutch
give way (v) [collapse] instorten (v) [collapse]
give way (v) [collapse] inzakken (v) [collapse]
give way (v) [fall back] zich terugtrekken (v) [fall back]
give way (v) [fall back] achteruitwijken (v) [fall back]

EN NL Translations for give

give cadeau geven
give (v) [satisfaction] brengen (v) [satisfaction]
give (v) [object] aanreiken (v) [object]
give (v) [objects] aanreiken (v) [objects]
give (v) [objects] reiken (v) [objects]
give geven
give (v) [general] geven (v) [general]
give (v) [object] geven (v) [object]
give (v) [objects] geven (v) [objects]
give (v) [present] geven (v) [present]

EN NL Translations for way

way gebruik {n}
way gewoonte {f}
way (n) [orientation] kant (n) {m} [orientation]
way (n) [traffic] baan (n) {m} [traffic]
way (n) [fashion] manier (n) {m} [fashion]
way (n) [manner] manier (n) {m} [manner]
way (n) [use] manier (n) {m} [use]
way (n) [fashion] wijze (n) {m} [fashion]
way (n) [manner] wijze (n) {m} [manner]
way (n) [fashion] stijl (n) {m} [fashion]