Search term insult has 14 results
EN English NL Dutch
insult (n) [feelings] belediging (n) {f} [feelings]
insult (n) [feelings] insult (n) {n} [feelings]
insult (n) [feelings] hoon (n) {m} [feelings]
insult (n) [feelings] smaad (n) {m} [feelings]
insult (n) [feelings] krenking (n) {f} [feelings]
EN English NL Dutch
insult (v) [person] beledigen (v) [person]
insult (v) [person] lasteren (v) [person]
insult krenken
insult (v) [person] honen (v) [person]
insult affronteren
NL Dutch EN English
insult [gevoelens] {n} offense [gevoelens]
insult [gevoelens] {n} affront [gevoelens]
insult [gevoelens] {n} insult [gevoelens]
insult [gevoelens] {n} contumely [gevoelens] (formal)